Honderden negatieve transportindicaties afgegeven
Netbeheerders Liander en Enexis hebben al honderden negatieve transportindicaties aan projectontwikkelaars afgegeven. Daartegenover staat dat de andere netbeheerders enkel positieve indicaties hebben afgegeven.
Maar ook Liander en Enexis hebben al enkele duizenden positieve transportindicaties afgegeven voor projectontwikkelaars die deze positieve indicatie nodig hebben om subsidie aan te kunnen vragen binnen de Stimuleringsregeling Duurzame Energie (SDE+).
Transportindicatie versus subsidie
Minister Wiebes meldde afgelopen maand aan de Tweede Kamer dat de netbeheerders een aanvraag voor transportindicatie alleen mogen weigeren in gebieden waar de ACM congestie heeft vastgesteld en congestiemanagement is onderzocht.
De uitkomsten van het congestieonderzoek van Liander en Enexis maakten vervolgens duidelijk dat er in tientallen gebieden sprake is van congestie voor grootverbruikers. Wil een ontwikkelaar van een zonnepark of dakgebonden zonnestroomsysteem met een grootverbruikersaansluiting toch energie terugleveren in een rood gebied? Dan is het mogelijk dat hij daarvoor tóch een positieve transportindicatie krijgt. De netbeheerders beoordelen de aanvraag voor een transportindicatie namelijk op 2 aspecten: de tijd die nodig is om het knelpunt op te lossen én de realisatietermijn die gekoppeld is aan de subsidiebeschikking. Heeft men bijvoorbeeld een realisatietermijn van 3 jaar en verwacht de netbeheerder het knelpunt binnen 2 jaar op te lossen? Dan krijgt men een positieve transportindicatie, ook al is de aanvraag in een rood gebied. Krijgt men een negatieve transportindicatie, dan krijgt men hoe dan ook geen SDE+-subsidie.
Aansluit- en transportovereenkomst
Overigens gaat het alleen om een indicatie van transportcapaciteit en kunnen projectontwikkelaars aan een positieve transportindicatie geen rechten ontlenen, omdat de situatie op het moment dat de aanvraag voor de offerte binnenkomt, veranderd kan zijn; ten goede of ten slechte. De transportindicatie reserveert namelijk geen netcapaciteit, daarvoor moet de aanvrager eerst een aansluit- en transportovereenkomst (ATO) bij de netbeheerder afsluiten.
‘Dankzij de aanvraag van een transportindicatie krijgen ontwikkelaars van duurzame opwek vooraf een realistisch beeld van de lokale netsituatie en kunnen ze daar hun plannen op afstemmen’, duidt Peter Hofland van Liander nog maar eens de noodzaak van de transportindicatie. ‘Daarmee wordt er tevens voorkomen dat er subsidies gaan naar projecten die niet tijdig gerealiseerd kunnen worden.’
Bron: Solar Magazine